Slechts twee dagen na de presentatie van de nieuwe Apple Silicon M1 Pro en M1 MaxHet is al vrij duidelijk dat Intel voortaan niet alleen goed naar AMD hoeft te kijken, maar ook naar het bedrijf Cupertino (voor sommigen was dat in werkelijkheid al zo).
Na de ‘scheiding’ tussen de twee technologische giganten, gesanctioneerd door Appel M1 - de eerste Apple Silicium in eigen land geproduceerd – Intel verloor een vitale klant en kwam feitelijk terecht bij een concurrent die geen grappen maakt en die, met de omzet op zak, over alle middelen beschikt om op deze weg voort te gaan en zijn leiderschap uit te breiden.
De CEO van Intel, Pat Gelsinger, is zich hiervan terdege bewust. In een recent interview met Axios maakte hij de balans op zonder zich te verschuilen achter enige ‘aanval’ op de concurrentie, typisch voor grote merken wanneer de concurrentie voelbaar begint te worden.
De afgelopen dagen was Gelsinger duidelijk in de strijd met AMD, gezien de lancering van de Alder Lake-S-processors. Hetzelfde lijkt bij deze gelegenheid het geval te zijn, zij het altijd met een vleugje uitdaging.
De CEO van Intel verklaarde duidelijk: "Apple heeft besloten zijn eigen SoC's te bouwen en doet dat heel goed"; Tegelijkertijd accepteert hij echter niet dat er de afgelopen jaren “iets” is misgegaan met Intel-chips – toen hij om zo te zeggen niet op kantoor was – en dat de enige oplossing om het marktleiderschap terug te winnen is om betere chips te maken dan concurrenten.
Gelsinger is zeer zeker van zijn positie en van het potentieel van het bedrijf – en God verhoede het – zozeer zelfs dat hij een mogelijke terugkeer van Apple als Intel-klant niet uitsluit (misschien overdrijft hij).
De projecten die tussen nu en drie jaar in de pijplijn zitten, zijn talrijk. Met Alder Lake konden we de eerste koerswijziging zien; het zwaartepunt liggen echter bij de 3nm EUV-producten waarin de Santa Clara-gigant zware investeringen doet met het oog op de toekomst.
De toespraak van Pat Gelsinger is vrij uitgebreid en raakt aan andere kwesties die inherent zijn aan de huidige positie op de Intel-processormarkt. Op dit punt neemt de CEO geen blad voor de mond en belast hij zijn voorgangers met het verlies aan concurrentievermogen van de afgelopen jaren, dat blijkbaar verband houdt met competentiekwesties.
Gelsinger noemt uiteraard geen namen. Toch beweert hij dat zijn voorganger op de een of andere manier de activiteiten van het bedrijf had veranderd, zich op nieuwe niches had gericht en het belang van het maken van kwaliteitschips uit het oog had verloren.
Volgens de huidige CEO waren de meest recente regeringen van Intel samengesteld, waarbij meer mensen naar de omzet keken dan naar de ingenieurs, wat leidde tot de resultaten die we allemaal kennen.